In het onderstaande is de klemtoon van
een woord met meerdere lettergrepen weergegeven door een onderlijnde klinker.
De uitspraak van het volledige woord is weergegeven in (groen) fonetisch schrift,
waarvoor een verklaring in de linker menukolom.
De "e" wordt veelal uitgesproken zoals de
Nederlandse 'e'.
Lange klinkers:
Wanneer spreekt men een klinker lang
uit en wanneer niet? Hier zijn wel een aantal regels, maar toch ook talrijke
uitzonderingen. Regels:
Volgt op de beklemtoonde klinker maar één
medeklinker (uitgezonderd x) in de lettergreep, dan spreekt
men deze lang uit. Voorbeelden met de lange klinker "e" (fonetisch een e: met een dubbelpunt):
dem [de:m]
den [de:n]
der [de:ɐ]
er [e:ɐ]
neben [ne:bn]
regnen [re:gnən]
lesen [le:zn]
lepra [le:pra]
Allegro [ale:gro]
der Weg [de:ɐ ve:k]
Wermut [ve:ɐmu:t]
Beschwerde [bəʃve:ɐdə]
Herde [he:ɐdə]
Bovendien wordt de beklemtoonde "e" lang
uitgesproken voor "th", "ph" en voor een
andere klinker. Voorbeelden:
Ephraim [e:fraim]
Tethys [the:thys]
Andreas [andre:as]
De "e" wordt lang uitgesproken,
indien ze op het woordeinde staat en de klemtoon heeft. Voorbeelden:
Ade [ade:]
Akme [akme:]
je [je:]
Maar... bij elke klinker zijn er tal
van uitzonderingen, en deze dient u weer uit ervaring te weten! Voorbeelden met
de lang uitgesproken klinker 'e':
Erde [e:ɐdə]
erst [e:ɐst]
Schwert [ʃve:ɐt]
Wert [ve:ɐt]
werden [ve:ɐdn]
Erz [e:ɐts]
nebst [ne:pst]
stets [ʃthe:ts]
Krebs [kre:ps]
Keks [khe:ks]
Korte klinkers:
In alle andere gevallen wordt een
beklemtoonde klinker kort uitgesproken en klinkt de "e" zoals in de Nederlandse woorden "weg, snel" (fonetisch weergegeven
door een ɛ). Een niet beklemtoonde 'e' wordt dof uitgesproken en
fonetisch weergegeven door een ə.
Aandachtspunt: er zijn heel wat gevallen waarbij de beklemtoonde 'e'
kort uitgesproken wordt, hoewel schijnbaar de bovenstaande regels voor de lange
uitspraak voldaan zijn. Voorbeelden van korte 'e':
des [dɛs]
es [ɛs]
etliche [ɛ:tlɪçə]
Berg [bɛrk]
weg [vɛk] = adjectief (substantief "der Weg" met lange "e")
Hexe [hɛksə]
Chef [ʃɛf]
Herberge [hɛrbɛrgə]
Herzog [hɛrtso:k]
Hotel [hothɛl]
Bij vreemde woorden spreekt men de "e" halflang uit; aldus de uitspraak van een Nederlandse lange "e", maar dan iets korter,
fonetisch weergegeven door een e.
Voorbeelden:
Demonstration [demonstratsio:n]
Video [vi:deo]
Vehikel [vehi:khl]
Theater [the-a:thɐ]
Zeremonie [tseremoni:]
reell [re-ɛll]
Idealist [ide-aliɪst]
Szenario [stsena:rio]
Telefon [thelefo:n]
Methan [metha:n]
Dof uitgesproken "e":
Men spreekt de 'e' dof uit in de
voorvoegsels "be-" en "ge-", precies zoals in het Nederlands, fonetisch weergegeven
door een ə. Maar men mag in
deze gevallen de 'e' ook hel uitspreken als een lange klinker, vaak
als men accent wil leggen op voorvoegsel "be-" of "ge-". Voorbeelden van
doffe 'e':
beabsichtigen [bəapzɪçthɪgn]
Bedienung [bədi:nuŋ]
Beleg [bəle:k]
Getreide [gətraidə]
gesund [gəzunt]
Gehirn [gəhɪrn]
In tegenstelling tot het Nederlands
spreekt men in het Duits de 'e' in het voorvoegsel "ver-" steeds uit als een
korte en helle 'e', nooit als een doffe 'e'. Voorbeelden:
Verbraucher [fɛɐbrauxɐ]
Vernunft [fɛɐnunft]
verraten [fɛɐra:thn]
verwalten [fɛɐvalthn]
Ook in de voorvoegsels "er-, ent-, her-, zer- "
spreekt men de "e" hel uit (de "her- " wordt lang uitgesproken indien er de klemtoon op ligt). Voorbeelden
ermächtigen [ɛɐmɛçthɪgn]
entmutigen [ɛntmu:thɪgn]
herstellen [he:ɐʃthɛlən]
zerlegen [tsɛɐle:gn]
Bij Noord-Duitse plaatsnamen worden
alle "e"-'s zonder klemtoon dof uitgesproken, ook al volgen er meerdere "e"-'s in opeenvolgende lettergrepen. Voorbeelden:
Ilsede [ɪlzədə]
Meschede [mɛ:ʃədə]
Sibesse [zi:bəsə]
Ennepe [ɛnəphə]
Het wegvallen de doffe 'e' in een woorduitgang
De "e" wordt dof uitgesproken
in de woorduitgangen en vervoegings- of verbuigingsuitgangen
zoals in "-el, -em,
-en, -er, -et". Maar... deze doffe "e" wordt ENKEL EN ALLEEN uitgesproken:
Bij uitgang "-em" voor of achter een klinker, of achter de medeklinkers
"p, b, t, d, k, g, m, n, l, r".
Bij uitgang "-en" voor of achter een klinker, of achter de medeklinkers
"m, n, l, r, j" en in het achtervoegsel "-chen".
Bij uitgang "-el" voor of achter een klinker, of achter de medeklinker "r".
Bij uitgang "-er" wordt de doffe "e" nooit uitgesproken, en spreekt men de "r" - zoals steeds
op het einde van een woord of lettergreep - uit als een heel korte en meer dan half ingeslikte
doffe "e" met een toonsverlaging, fonetisch weergegeven door een ɐ (zie
uitspraak van de R).
Voorbeelden met of zonder uitspraak van deze doffe "e" in de woorduitgang:
tiefem [thi:fm]
Cochem [kho:xm]
scheuen [ʃoiən]
nahem [na:əm]
haben [ha:bn]
lachen [laxn]
nahen [na:ən]
Wahlen [va:lən]
Pudel [phu:dl]
Himmel [hɪml]
Pleuel [ploiəl]
Varel [fa:rəl]
Verrater [fɛɐra:thɐ]
Wasser [vasɐ]
De klinker "ee":
De dubbele "ee" komt niet vaak voor in Duitse of
verduitste woorden. Indien wel, wordt de beklemtoonde "ee" lang en de onbeklemtoonde "ee"
halfkort uitgesproken. (Maar bij niet verduitste woorden uit
een vreemde taal gebruikt men de taaleigen uitspraak.) Voorbeelden van Duitse "ee":
Frikassee [frikhase:]
Idee [ide:]
See [ze:]
leer [le:ɐ]
Kanapee [khanaphe]
Porree [phore]
De klinker "eh":
Een "h" na een klinker veroorzaakt steeds een lange uitspraak
van deze klinker en kan beschouwd worden als deel ervan. Voorbeelden:
gehen [ge:ən]
Reh [re:]
Wehr [ve:ɐ]
De klinker "ei":
Een "ei" is een tweeklank en wordt steeds als "ai"
uitgesproken. (Maar bij niet verduitste woorden uit
een vreemde taal gebruikt men de taaleigen uitspraak.) Voorbeelden van Duitse "ei":
mein [main]
Bein [bain]
Sauerei [zauərai]
De klinker "eih":
Een "eih" is een tweeklank en wordt steeds als "ai"
uitgesproken, versterkt lang uitgesproken door de toevoeging van "h". Voorbeelden:
Weihnachten [vainaxthn]
weihen [vaiən]
De klinker "eu":
Een "eu" is een tweeklank en wordt steeds als "oi"
uitgesproken. (Maar bij niet verduitste woorden uit
een vreemde taal gebruikt men de taaleigen uitspraak.) Voorbeelden van Duitse "eu":
heute [hoithə]
neun [noin]
Rheuma [roima]
De klinker "ey":
Een "ey" is een tweeklank en wordt steeds als "ai"
uitgesproken in Duitse of verduitste woorden. (Maar bij niet verduitste woorden uit
een vreemde taal gebruikt men de taaleigen uitspraak.) Voorbeelden van Duitse "ey":
Meyer [maiɐ]
Ceylon [tsailon]
|